previous arrow
next arrow
Slider

 

Karakteristieken
In de eerst plaats moet het silhouet vastgelegd worden door middel van een tekening of schildering. Driedimensionale, gekleurde zaken moeten teruggebracht worden tot tweedimensionale, zwart-wit figuren. Het is hierbij belangrijk dat (en profiel of en face) de essentie, de karakteristieken, van een figuur in de hoofdvorm al duidelijk moet worden. Soms ontstaat bij een gedetailleerde verdere bewerking bijna een karikatuur, zodat de karakteristieken extra benadrukt worden.

Het ontstaan van een silhouet.
a. Improviseren met inkt.
A. Kaufmann geeft bij de spelaanwijzingen een goed voorbeeld van een fantasierijke opzet van een afbeelding: "Bij het ontwerpen gebruike men geen potlood, maar direct penseel en Oostindische inkt: op die manier ziet men terstond hoe de figuren als schimmen zullen "werken". Bovendien is het "knoeien" met Oostindische inkt, blijkens de praktijk, een grote stimulans voor de fantasie." (Uit: "De stadsmuzikanten van Bremen. Een schimmenspel van Annemarie Kaufmann naar een sprookje van Grimm". Kaufmann Annemarie, z.j., blz. 8) De zwarte inkt geeft meteen het contrast op het witte papier. Er ontstaat vanzelf een silhouet. Penselen in alle formaten, fijnschrijvers, zwarte potloden en kroontjespennen zijn naar mijn idee hier geschikt voor.

b. Uit een bestaande tekening afbeelding of situatie.
Een andere manier waarop een silhouet kan ontstaan is door een bestaande tekening afbeelding of situatie terug te brengen tot een silhouet. Dit kan o.a. door de omtrekken van de figuren uit te knippen of over te trekken en dan uit te knippen. Daarna deze omtrekken overtrekken of opplakken op zwart karton, waarna ze worden uitgeknipt. Vervolgens kunnen in het zwart deel nog verfijningen aangebracht worden door er stukjes uit te halen of toe te voegen. Natuurlijk kan het ook uit de losse hand, mits u daar vaardig genoeg voor bent.

c. Uit een schaduw.
Een derde mogelijkheid om een silhouet te laten ontstaan is door iets of iemand een schaduw te laten "maken". Dit werkt op de zelfde manier als het maken van de portretsilhouetten. De geprojecteerde schim teken je op papier, uitknippen, enz. Het voordeel van deze methode is dat de figuren gemakkelijk te vergroten zijn, door de afstand tussen de lamp en het voorwerp dat de schaduw maakt te verkleinen. Verkleinen van de figuren kan door middel van een pantograaf; een lattenconstructie die op een andere schaal meetekent.

d. Ontwerpen.
Een laatste mogelijkheid om een silhouet te laten ontstaan, is het ontwerpen. Met behulp van verschillende informatiebronnen (tekeningen, foto's, teksten, enz.) zoek je de karakteristieken van een figuur op. Aan de hand van deze karakteristieken teken je het figuur op krantenpapier. Deze knip je dan uit, om vervolgens de pop te controleren door hem op zwart papier te leggen. Daarna kun je door middel van knippen en plakken, corrigeren en ook bewegingen en/of kleuren bedenken. Er ontstaat een soort kant en klaar bouwpakket en de pop is klaar voor bewerking op zwart papier.